Ik las deze week ‘We informeren ons kapot – Pleidooi voor onwetendheid’ van de Gentse professor-filosoof Ignaas Devisch.
Ik herinner me nog zijn interview met Mattias Desmet waarvan ik vond dat het nogal aanvallend was. Die afrekenende houding neemt hij van aanvang terug aan in zijn boek. De toon is meteen grimmig en ik vraag me af welk nut dit heeft. Ik ben het ook niet eens met alles wat Desmet zegt, maar daarom ga ik hem niet mee in het hoekje van de complot-exploiteurs zoals een Alex Jones of David Icke duwen. Devisch begint met al op de eerste pagina te stellen dat pedofilie netwerken niet bestaan. Een boude bewering die niet gestaafd wordt. Maar misschien moeten we dat eens vragen aan Pichal of, met behulp van een ouija bord, aan de slachtoffers van Dutroux. Of aan Michel Nihoul, die her en der lijkt op te duiken, als het gaat over kindermisbruik, al dan niet, naar de getuigen, in combinatie met andere onmenselijkheden. Je kunt ervoor kiezen deze problemen te negeren, maar hoe doe je dat dan als ethicus?
Hij heeft uitgesproken negatieve meningen over complottisten en complottheorieën. Dat hij daarvoor de overduidelijk gefantaseerde complotten als voorbeeld neemt, siert hem allerminst. Zo heeft hij het over Q en Qanon, welk naar alle waarschijnlijkheid een psyop is vanuit een Amerikaans geheim krocht. Een sociaal experiment, manipulatie, zoals Devisch zelf terecht opmerkt. Hij blijft echter hangen in onbewezen veronderstellingen dat complotverspreiders gewoon commercieel geïnspireerde opruiers zijn. Ik heb nieuws voor hem: Mockingbird is onderwijl al een tijdje officieel bevestigd. Mockingbird was het sociaal experiment waarmee de Amerikaanse Staat het publiek wist te beïnvloeden om de oorlog in Vietnam te blijven steunen. Deelname aan overzeese oorlogen, welk altijd een moeilijk te verkopen item is geweest in dat land, had blijkbaar toch een manipulatief marketing duwtje nodig.
Dat er bij de overheid corruptie is, daar is ook al lang geen discussie over. Waar de doofpotten vroeger angstavallig dichtgeknepen werden, zo kijken onze eigen politici niet meer scheef als ze betrapt worden op leugens of ontsporingen en doen ze verder alsof er geen vuiltje aan de lucht is. Als Marc Van Ranst een dubieuze speech geeft bij Chatham House, het hol van de Britse oligarchie, en daar zijn manipulatieve methodiek uit de doeken doet, moeten wij dat maar het nieuwe normaal vinden. In onze eigen rechterlijke macht wordt gesjoemeld dat het een lieve lust is, dikwijls in functie van andere belangen. Ben daar zelf al slachtoffer van geworden. Als de vetpotten maar (vanuit de doofpotten) blijven geven. Als in de VS blijkt dat ze daar 21.000 miljard missen in de nationale rekeningen, wordt dat met een boekhoudregel toegeplakt. Blijkbaar is ook dat democratie. Het is trouwens een veel groter bedrag, een nog onvolledig onderzoek van professor economie Mark Skidmore. Is er geen elite? Nee, er zijn er meerdere, en ze verhouden zich zoals de maffia, waar ze soms samenwerken, soms zijn ze tegen elkaar. Zo is er nog steeds de oude Britse oligarchie, die met zijn historische tentakels de macht over zo veel mogelijk wereld probeert te consolideren. Er is het continentale blok waar Russen en Chinezen de zwaargewichten zijn en ik denk dat iedereen de geopolitieke macht van het Islam-blok, allicht nog een tijd intern versnipperd, onderschat.
Je moet opletten, als de corruptie te welig gaat tieren binnen een overheid, als je het monetair opportunisme zodanig ten top gaat drijven dat soldij niks meer waard is, dat de Germanen niet terug binnenvallen. Of is dit deviant EU beleid van het schijnbaar doelbewust vernietigen van onze economie gewoon de aanzet naar een nieuwe revolutie zodat de stuiptrekken van het feodalisme de veelgeplaagde en van haarzelf ondermijnde democratie kunnen overnemen en deze quasi slavernij van meer dan 50% overheidsbeslag in een soort van administratieve vereenvoudiging kunnen consolideren? De waan uit de boekskes dat revoluties louter vanuit het volk komen is toch al doorprikt; de nieuwe stromannen van de oligarchie staan zich al uit te dossen achter de coulissen. Hadden we niet ex-spion Edward Snowden met Wikileaks, het door de US military opgezette TOR netwerk, de uitgebreide documentatie van Anthony Sutton en nog vele andere serieuze onderzoekers, die ons feiten brachten waardoor het narratief van de overwinnaar met een korreltje zout diende genomen te worden?
Uiteraard zijn er op het internet complotdenkers en hoaxers, partijen die doelbewust onzin sproeien, en natuurlijk is dat is een verdienmodel. De platte aarde, de maanlanding hoax, het scheppingsverhaal, de bij het haar getrokken verkrachtingen van de kwantumtheorie, de big bang, het zijn allemaal uitvindsels van creatieve mensen die de wereld net even dat anders zien.
Maar met anders naar iets te kijken, vrees ik dat we met ons deterministisch wereldbeeld wel eens zouden kunnen verschieten van hoe de werkelijkheid nu echt echt in elkaar steekt, want ik denk dat er nog wat diepe spadesteken zullen nodig zijn om de fundamenten van het zijn te snappen. Ik denk dat we daarvoor onder meer moeten luisteren naar een Constantin Meyl of een Nikolai Kozyrev, om er een paar te noemen.
Wat dat betreft lijden we allemaal aan Dunning-Kruger. We beseffen niet dat we onwetend zijn. Devisch lijkt in het begin van zijn boek een pleidooi te doen voor geloof in wetenschap en dat is nobel. Echter wat doen we dan met het ghostwriten van de farmacie, met de wetenschapsfraude, de inmenging van lobbygroepen en industrie en de cherry picking. Al hetgeen dat hij de complotdenkers verwijt is zonder korting toepasbaar op de beoefenaars van wetenschap zelf. Die mensen moeten immers ook eten.
Al die corruptie wakkert uiteraard het wantrouwen aan en het is ‘up to you to decide’. Dat het ‘internet’ daarin in totale vrijheid hopen onzin spuwt, is een jammere bijwerking. Je had vroeger ook zo van die illustere boekskes over ufo’s en bigfoot en je hebt nog altijd de populaire roddelpers met smeuïge verhalen van bekende mensen. Het internet biedt juist de mogelijkheid zoveel meer aan het licht te brengen dat vroeger de mainstream media niet zou halen. En het kan niet de bedoeling zijn dat in een voorgebakken narratief met het dweilwater weg te zwabberen. We moeten daarbij ook opnieuw durven zeggen dat we iets niet weten. En dat is niet hetzelfde als Devisch’ pleidooi voor onwetendheid. Dat klinkt heel dwaas maar dat is het niet. Als u mij bevraagt rond 9/11 zal ik antwoorden dat ik daar niet zoveel van weet, onvoldoende om daar een waardevolle discussie rond te gaan voeren. We moeten als individu niet over alles een idee hebben. We kunnen ons specialiseren in wat ons (on)behaagt en zelf kiezen welke visie we in andere domeinen voor meer dan waarschijnlijk waar aannemen. Het is in ieder geval beter dan onzin te papegaaien.
Als je de moed nog hebt om verder te lezen, en die had ik, al was het maar om dit artikel te kunnen schrijven, lees je dat Devisch echter een meer gematigd, traditioneel standpunt gaat innemen voor wat betreft informatie en waarheidsbevinding. Hier komt hij belerend uit de hoek en komt het erop neer dat je jezelf goed moet scholen. Dat betekent niet alleen voldoende kennis verwerven, en daar stelt zich de vraag welke bronnen dan geldig kunnen geacht worden, maar deze kennis ook kritisch en onbevooroordeeld evalueren. Niemand heeft echter een maat welke accenten iemand persoonlijk stelt en op zich is dat ook goed om de diversiteit van de gedachten te waarborgen. Tot zover een deel boekvulling vanuit zijn professionele leven als docent, en het is zinvol in dit boek en voor diens doelpubliek.
Je ontkomt echter niet aan manipulatie. Er zijn marketingboeken genoeg die de trucks uit de doeken doen die u beïnvloeden. Dat het internet een broeihaard geworden is van tal van informatiefuiken, dat klopt. Dat ze ook een forum heeft gegeven aan waardevolle bronnen die vroeger geografisch beperkt bleven, is even goed waar. Bronnen die dan terecht waarschuwen voor sommige officiële fuiken.
Ik vind het jammer dat Devisch eerst op een platte wijze de vrije informatievergaring verkettert, om er dan een standaard belerende academische pleister op te leggen. Ik vind dat niet echt vooruitgang. Hij sluit af met een aantal raadgevende hoofdstukjes… goede raad waartegen hij in zijn eigen boek zondigt. Ik vind dat een beetje jammer.
Ik raad Devisch ‘Macrocosm and Medium’ aan van Joseph P. Farrell. Een complot-onderzoeker en geleerde in de patristiek die net wat verder gaat dan de mainstream benadering van informatie, manipulatie en waarheidsvinden.